De Zebrastraat, slechts de naam herinnert ons nog aan de vroegere dierentuin die deze Gentse buurt ooit was. Maar het is niet enkel een straatnaam. Zebrastraat, onder de Gentenaren beter bekend als ‘De Cirk’, verwijst ook naar een prachtige locatie waar UVV in september haar Staten Generaal zal houden. Dit is echter niet enkel een ontmoetingsruimte voor allerlei activiteiten. Men kan er ook genieten van één van de vele tentoonstellingen die men er organiseert en zelfs een appartement of een studio huren. Kortom, sinds 2006 is zij dé site waar wonen, ontmoeten en beleven samenvloeien. He wat, waarom en hoe hiervan vroegen we aan de man achter het project, Alain Liedts.
Het project Zebrastraat steunt dan ook volkomen op de combinatie van deze drie pijlers : wonen, ontmoeten en beleven.
Wat is de Zebrastraat ?
De Zebrastraatis een bouwwerk van Charles Van Rysselberghe, de broer van de bekende Belgische pointillist Theo Van Rysselberghe. Charles Van Rysselberghe was stadsarchitect van Gent en bouwde werkliedenwoningen in dezelfde periode als Victor Horta, die toe patriciërshuizen ontwierp te Brussel. Daarnaast bouwde Van Rysselberghe ook scholen en openbare gebouwen zoals het Museum voor Schone Kunsten.
Wat heeft Van Rysselberghe in de Zebrastraat gebouwd ?
Honderd en één werkliedenwoningen, hoofdzakelijk voor textielarbeiders. De textielindustrie was toen belangrijk in Gent. De woningen werden vrij dicht bij het centrum van Gent gebouwd, met andere woorden op dure terreinen. Daarom vond Van Rysselberghe dat hij er het maximale moest uithalen en besloot om in de hoogte te bouwen. Oorspronkelijk was er naast de gelijkvloerse verdieping, een eerste en een tweede verdieping. In 1939 werd er een derde verdieping bijgebouwd. Men zegt, maar ik kan dat niet geschiedkundig bevestigen, dat dit de eerste sociale woningen waren in de vorm van appartementen.
Sinds de aanbouw zijn het altijd sociale woningen gebleven, beheerd door de Gentse Huisvestingsmaatschappij. Tegen het einde van de jaren ’90 echter doofde het leven er langzaam uit en werd de buurt overgeleverd aan leegstand en verkrotting. Uiteindelijk werd de site in 2002 verkocht aan de Stichting Liedts-Meesen.
Wie of wat is de Stichting Liedts-Meesen ?
Deze stichting werd opgericht in 1999. Liedts is mijn naam, Meesen die van mijn echtgenote. Het is een stichting die vooral sociaal-culturele activiteiten organiseert. Daartoe beschikt zij over een eigen kunstcollectie en zet ze hier en daar projecten op poten. Zoals Habbekrats, een jeugddienst voor kansarme jongeren.
Wat is de doelstelling van de Stichting Liedts-Meesen?
De doelstellingen van de stichting staan opgetekend in haar statuut en stemmen overeen met de overtuigingen van mijn echtgenote en mezelf. Ze omvatten hoofdzakelijk de rechten van de mens, democratie en grensoverschrijdende initiatieven. De projecten mogen zich dus niet beperken tot een geografische of volkse omlijning. Dankzij deze doelstellingen kunnen wij een lijn trekken in ons beleid. Zo is het dat Vlaams Belang hier niet welkom is. Dat staat ook in onze contracten, niet-democratische verenigingen of verenigingen die de rechten van de mens niet in hun vaandel dragen, kunnen hier niet uitgenodigd worden.
Waarom engageerde de Stichting Liedts-Meesen zich voor een project als de Zebrastraat ?
Ik ben geen man uit de immobiliën. Mijn professionele carrière ligt in het domein van de nieuwe technologieën, de informatica en de telecommunicatie. Mijn bedrijf, Bureau van Dijk, was in 1987 de eerste ter wereld die de Cd-roms heeft ontwikkeld. Tevens hebben we deze techniek wereldwijd verspreid en gecommercialiseerd. Later werd deze activiteit echter verkocht omdat ze ons niet meer interesseerde eens het routine werd. Het Bureau van Dijk houdt zich vandaag enkel nog bezig met consultancy. Daartoe heeft zij twee bedrijven in Brussel en twee in Parijs, die ik nog steeds leid.
De Stichting Liedts-Meesen en haar projecten zijn mijn hobby. Maar een hobby waarbij de kerngedachte van mijn professionele ambities wordt behouden. Zo wens ik niet te kopiëren wat een ander doet, zeker niet in een domein waar ik zelf niet in thuis ben. Ik wil iets doen dat anders is. Daarvoor moet men vrij kunnen denken, onbeïnvloed door zijn omgeving. Men maakt dan niet noodzakelijk de meest gangbare keuzes.
Vandaar dat onze woningen tegen de regels in kunnen gehuurd worden voor korte periodes, bijvoorbeeld voor drie maand. Uiteraard zonder daarmee de huurder in moeilijkheden te brengen, want eens men er woont, heeft men prioriteit. Ook wat de zaalverhuur betreft, zijn wij bijzonder in België. Zo voerden wij voor het eerst het systeem van de ochtendsessie (van 7u tot 13u), de namiddagsessie (van 13u tot 19u) en de avondsessie (van 19u tot 01u) in. De zalen zijn niet te huur voor een uurtje voor 2 uur. Men huurt een volledige sessie en zo sluit alles mooi op elkaar aan. Dit systeem wordt nu vrij veel toegepast in hotels en andere centra. U ziet het, ik word liever gekopieerd dan zelf te kopiëren.
Hoe heeft de Stichting de Zebrastraat omgebouwd ?
In de eerste plaats wou ik de architectuur behouden en dat werd ook als duidelijke eis gesteld in de akte. De 101 woningen werden omgevormd tot 70 woningen. De overige ruimtes werden opgedeeld in twee vleugels, één voor seminaries, lezingen, debatten, persconferenties, congressen … met de mogelijkheid tot kleine drinks, recepties en banketten. De tweede vleugel aan de overkant van het complex, is volledig ingericht als tentoonstellingsruimte. Deze opmerkelijke combinatie heeft tot doel huisvesting, economie en cultuur te laten samenvloeien. Het project Zebrastraat steunt dan ook volkomen op de combinatie van deze drie pijlers : wonen, ontmoeten en beleven.
Hoe spelen deze verschillende domeinen op elkaar in ?
Dat is een minder geslaagd verhaal. Ik had gehoopt dat er een zeer sterke kruisbestuiving zou zijn tussen de pijlers. Voor een stuk is dat geslaagd, er komen hier mensen wonen nadat ze een debat, een lezing, een receptie of een tentoonstelling hebben meegemaakt in onze zalen en dit wel een leuke woonomgeving vonden. In die richting is het geslaagd. Alle woningen zijn momenteel bewoond en er zijn wachtlijsten tot januari volgend jaar.
Natuurlijk, kruisbestuiving houdt tweerichtingsverkeer in. Ik verwachtte dat de bewoners met hun vrienden, familie en kennissen ook deel zouden nemen aan de culturele activiteiten of gebruik zouden maken van onze vergaderruimten als aanvulling op hun woongelegenheden. Dit gebeurt echter slechts beperkt, ofschoon bepaalde huurders, bedrijven zijn. Zo hebben Arcelor Mittal en Tele Atlas hier mensen gehuisvest maar vergaderen ze hier zelden tot nooit. Gentlemanagement, een agentschap waar kunstenaars zoals Gabriel Rios aan verbonden zijn, heeft hier haar kantoor, maar vergadert hier niet. Anderzijds maakt Amarant, een vzw voor kunstonderwijs, die hier ook haar kantoren heeft wel gebruik van onze zalen. Hoewel enkel wanneer ze cursussen in het Gentse plant. Er is dus wel wat uitwisseling, maar nog onvoldoende in mijn ogen. Vooral in de richting van cultuur schiet dit te kort. Voor elke tentoonstelling nodigen wij alle bewoners uit tot een bezoek met de curator of de kunstenaar. Daar komen steeds dezelfde 20 mensen naartoe, terwijl er hier toch 135 mensen wonen van 17 verschillende nationaliteiten.
Een positievere noot klinkt er door komst van bepaalde verenigingen zoals UVV, maar ook van de politieke partijen, met uitzondering van het Vlaams Belang. Dankzij hen krijgt de Zebrastraat het imago van een plaats waar vrij kan gesproken worden, waar mensen samen komen en elkaar ontmoeten. Dit niet alleen op commerciële evenementen of vormingsmomenten, maar ook tijdens filosofische en politieke aangelegenheden.
Hoe brengt men in de Zebrastraat kunst ?
Wel, er zijn 44 mogelijkheden. Ik zal beginnen met de kleinste, namelijk ‘de kunstenaar van de maand’. Elke maand mag een kunstenaar in de ontmoetingsruimte exposeren. Maar hij moet alles zelf doen, de werken komen ophangen, voor de vernissage zorgen …. Het enige wat wij doen is onze zalen ter beschikking stellen. Bovendien bieden wij de kunstenaar die maand ook twee avonden gratis een zaal aan om vrienden, familie, pers … uit te nodigen.
De Zebrastraat krijgt het imago van een plaats waar vrij kan gesproken worden, waar mensen samen komen en elkaar ontmoeten.
De enige voorwaarde die wij stellen, is dat de kunstenaar niet verbonden is aan een galerij. Dat betekent dat hij/zij hier niet komt om te verkopen. De geëxposeerde werken kunnen er dus ook zijn uit een privécollectie. Natuurlijk mag de kunstenaar zich voorstellen. Bovendien stellen wij zijn coördinaten ter beschikking van de bezoeker die met de kunstenaar contact wenst op te nemen. Maar een commerciële overeenkomst wordt hier niet gesloten.
Hoe wordt de kunstenaar van de maand gekozen ?
In het begin zochten wij die zelf. Nu krijgen wij kandidaturen toegestuurd. Deze worden verzameld door onze vaste culturele medewerkster, Isolde De Buck. Zij maakt een eerste selectie en stelt de tien aanvaardbare dossiers voor aan een kleine jury die bestaat uit Pjeroo Roobjee, Hans Vandekerckhove en mijn echtgenote. Deze jury komt om de drie maanden samen. Uit de tien projecten worden telkens drie kunstenaars gekozen voor de komende drie maanden.
Wat is de tweede mogelijkheid ?
Het tweede luik is ook een klein luik. Elke donderdagavond verhuren wij geen zalen, maar stellen wij deze open voor het publiek. Onze bar is dan open en men kan een event organiseren in onze zalen. Die organisatie doen wij niet zelf. Wij stellen enkel onze zalen ter beschikking van verenigingen die er wensen gebruik van te maken.
Welke verenigingen zijn dat ?
Het zijn er heel wat. Zo hebben we Breinwijzer, die lezingen of debatten organiseert over alles wat met de hersens te maken heeft. Zij komen 1 tot 2 keer per maand samen rond thema’s als autisme, dyslectie, schizofrenie …. Daar komen tot 200 mensen naar toe van diverse horizonten, bijvoorbeeld het onderwijs, de pharmacie en de geneeskunde. Een andere vereniging is Punctum, die lezingen of debatten inricht over fotografie. Ook zij hebben een ruim publiek, vooral van fotografieclubs. Tevens komt hier het Goeyvaerts Strijktrio, een groep die hedendaagse muziek van hedendaagse componisten in première spelen. Daar komt dan weer een totaal ander publiek naartoe, zoals muziekscholen, specialisten uit de muziekwereld ….. De donderdagavond is steeds een groot succes. Soms proberen wij ook op eenzelfde donderdag twee of meerdere van die activiteiten te laten doorgaan. We hopen dan dat de mensen samenkomen in de bar, maar ze blijven allen in hun groep.
Hoe zit het met de derde mogelijkheid ?
Het derde en grote luik is onze tentoonstellingszaal waar wij gedurende zes maanden per jaar zelf kunst brengen. Het zijn zelden exposities van één kunstenaar. Wij vertrekken steeds vanuit een thema. Het thema dat jaarlijks aan bod komt, omslaat alles wat te maken heeft met nieuwe technologieën. We vertrekken hierbij vanuit de vraag in welke mate nieuwe technologieën de bouwstenen waarmee een kunstenaar werkt, beïnvloeden. Dat kan in muziek zijn, in video’s of zelfs computerprogramma’s. Dit thema omvat veel vormen en heeft niet alleen te maken met informatica. Zo hebben we hier werken getoond rond biotechnologie, bijvoorbeeld visjes die voldoende elektriciteit verzorgen om er iets mee te creëren. Het gaat dus heel breed. Ons enige criterium is dat de kunstenaar in plaats van verf, borstel en doek, andere bouwstenen gebruikt om zijn ideeën uit te drukken en bij voorkeur de nieuwe technologieën en / of materialen. Deze tentoonstellingen worden volledig door de Stichting Liedts-Meesen georganiseerd en gefinancierd.
Wat met de andere zes maanden ?
De overige zes maanden vormen het vierde luik. Wij bieden bevriende verenigingen of verenigingen waarvan de doelstelling ons nauw aan het hart liggen gedurende drie maanden de mogelijkheid om onze tentoonstellingsruimte te gebruiken. De andere drie maanden gaat de zaal naar activiteiten van eerder commerciële aard. Bijvoorbeeld een firma die prothesen maakt, kan dan haar nieuwste stukken tentoonstellen aan artsen en academici. Dat zijn eerder gespecialiseerde handelsfora en daarom betalen zij voor de zaal. De tentoonstellingsruimten worden dus drie maanden ‘verkocht’, drie maanden ‘weggegeven’ en zes maanden door onszelf ingericht.
Wat met de kunstwerken die permanent in de Zebrastraat aanwezig zijn ?
O ja, dat is dan een vijfde luik. De Stichting Liedts-Meesen beschikt over een eigen kunstcollectie en daarvan staan er momenteel drie hier. Dat zijn ‘Brasil’ van Panamarenko, ‘Thorazine Sunshine’ van Thomas Huyghe en tot slot ‘ENTRACTE’, een retrospectieve van Honoré d’O. Thomas Huygeh, een jonge Belg, schildert op niet vlakke oppervlakken, bijvoorbeeld lenzen, kubussen, cilinders, piramides … Honoré d’O is een Belgische kunstenaar die in het buitenland heel bekend is. Zes jaar geleden vertegenwoordigde hij België in de Biënnale van Venetië. Ook op ‘Over the Edges’ van het SMAK was hij aanwezig. Zijn werk is echter moeilijker te vatten. In de Zebrastraat brengt hij een retrospectieve via 31 filmpjes, van onder andere zijn werk op ‘Over the Edges’. Zo zie je elke dag van de maand een ander filmpje. Dat zijn de drie kunstwerken uit de collectie van de stichting.
Maar er is meer. Er komt een beeldhouwwerk op het dak van de Zebrastraat. Het is een kunstwerk van de Belg Nick Ervinck en kadert binnen het thema ‘de invloed van nieuwe technologieën op de kunst’. Deze kunstenaar ontwerpt zijn beeldhouwwerken zoals een architect met computers. Eens ontworpen kan je ze laten maken, maar dat doet hij niet zelf. Daarvoor moet je bij een aannemer gaan zoals bij het bouwen van een huis. Zijn werk kan gemaakt worden op verschillende groottes, naar keuze. Nick Ervinck ontwierp voor ons een kunstwerk dat naar zijn zeggen een organische vorm heeft. Op het dak van de Zebrastraat zal aan beide zijden een object in spiegelbeeld geplaatst worden. Dit zal 12 meter lang zijn, 6 meter breed en 3 meter 40 hoog. Het wordt vervaardigd in polyesterschuim met glasvezel errond en gelakt zoals een auto. Het geheel zal zowel van buiten als van binnen zeer goed zichtbaar zijn.
In de toekomst zullen we nog meer kunnen aanbieden. De twee grote appartementen die nog niet ingericht waren, zijn we momenteel aan het verbouwen. Aan de ene kant komt een homecinema waar een beperkt aantal mensen films kunnen bekijken of naar muziek kunnen luisteren. De overkant wordt omgebouwd tot een tentoonstellingsruimte, waar we de kunstwerken uit de vaste collectie van de stichting permanent zullen onderbrengen. Deze collectie zal, uit organisatorische overwegingen, beperkt toegankelijk zijn onder de naam Zebraview.